
Op woensdag 8 februari organiseerde de Heemkundekring een drukbezochte lezing over de Aa, verzorgd door Bernard Vissers.
De Aa, het bochtige riviertje, ontstaan na de laatste ijstijd; nu zo’n 70 km lang, maar vroeger met zijn ontelbare bochten wel 200 km lang. In het zuidwesten van Boekel is het voor een stukje de gemeentegrens met Erp.
Bernard Vissers zal ons op zijn eigen boeiende wijze vertellen over de vele facetten van het verleden en heden van de Aa.
De Aa ontspringt in de buurt van Nederweert, stroomt min of meer noordelijk naar Helmond en Beek en Donk, buigt ter hoogte van Boekel-Erp even af naar het westen en stroomt dan noordwestelijk naar Den Bosch. Daar komt de Aa samen met de Zuid-Willemsvaart en de Dommel, en stroomt dan als de Dieze ten noorden van Den Bosch in de Maas. Ooit stonden er verscheidene watermolens aan de Aa, zoals in Erp, Veghel en Dinther (Kilsdonkse molen). En in het Aa-dal stonden verscheidene kastelen, zoals in Asten, Helmond, Beek en Donk, Heeswijk (kasteel Heeswijk) en Middelrode (kasteel Seldensate). In de 17e eeuw was de Aa gedurende een aantal jaren bevaarbaar van Den Bosch tot Helmond voor platte schuiten. In de jaren ‘30 van de vorige eeuw is de rivier rigoureus gekanaliseerd om het water veel sneller af te voeren. Alle bochten werden uit de rivier verwijderd, en de voorheen meanderende rivier werd een rivier met lange rechte stukken. Tegenwoordig wordt er juist weer meer ruimte gegeven aan het water. Sommige afgesneden meanders die nog bestaan worden zorgvuldig gehandhaafd en er worden natuurvriendelijke oevers aangelegd.